Op 24 juni van dit jaar stonden meer dan 2.000 personen onder elektronisch toezicht. Dat is een stijging met maar liefst 30% op één jaar tijd en een absoluut dagrecord. Dat blijkt uit cijfers die Vlaams Parlementslid voor N-VA Jeroen Tiebout opvroeg bij Vlaams minister van Justitie Zuhal Demir. “Het lijkt erop dat dit triest record voornamelijk toe te schrijven is aan het getalm op federaal niveau”, stelt Tiebout.

In 2015 werden er 3.400 enkelbanden geplaatst. In 2018 steeg dit al naar bijna 4.000 tot 6.400 vorig jaar (+88% t.o.v. 2015). Het Vlaams Centrum Elektronisch Toezicht heeft in de eerste helft van dit jaar al 1.223 enkelbanden méér aangesloten dan dat ze in dezelfde periode vorig jaar deed. Ook het dagcijfer, dat is het totaal aantal personen dat op een bepaalde dag onder elektronisch toezicht staat, bereikte op 24 juni van dit jaar voor het eerst de kaap van meer dan 2000 aansluitingen. Om al deze stijgingen te kunnen opvangen moet Vlaanderen blijvend investeren in personeel en werkingsmiddelen.

Die stijging van het aantal enkelbanden zal alleen maar ongekende proporties aannemen, wanneer men de structurele problemen op federaal niveau niet aanpakt. “Elektronisch toezicht wordt volgens velen immers gezien als dé oplossing voor de overbevolking in de gevangenissen”, zegt Tiebout. “Dit houdt geen steek. De straf moet steeds op maat én in verhouding zijn met de gepleegde feiten. Je kan toch niet verantwoorden dat iemand die intrafamiliaal geweld pleegt, gezellig thuis kan zitten met een enkelband waar hij of zij opnieuw dezelfde feiten kan plegen of een drugsdealer vrolijk thuis verder kan dealen?”

Die overbevolking in de gevangenissen is deels te wijten aan het feit dat 40% van de gevangenen illegaal in ons land verblijft. Bijkomend zijn er 500 geïnterneerden die momenteel in de gevangenis zitten, maar er niet thuishoren omdat er onvoldoende plaats is in de Forensisch Psychiatrisch Centra, waar zij eigenlijk dienen te zitten. En dat allemaal naast een overbevolking door gedetineerden in voorhechtenis waar Kamerlid Sophie De Wit recent nog op wees.

De oplossing ligt dus duidelijk bij de federale regering (ministers van Justitie, Volksgezondheid en de staatssecretaris voor Asiel en Migratie) om die overbevolking aan te pakken, zodat ook rechters in alle openheid de gepaste straf kunnen uitspreken. In plaats van nadien vast te stellen dat omwille van plaatsgebrek in de gevangenis de veroordeelde een enkelband krijgt.

In maart volgend jaar zal het elektronisch toezicht bij minderjarigen als proefproject starten in Antwerpen. Wanneer dat succesvol blijkt te zijn, kan dat verder uitgerold worden en als volwaardig alternatief dienen als eerste straf bij jonge delinquenten.

“Vlaanderen lijkt het slachtoffer te worden van het getalm op het federale niveau”, besluit Tiebout. “De gepaste straf voor elk misdrijf moet regel zijn in plaats van de Vlaamse justitiebevoegdheid volledig uit te persen om zo de federale gevangenissen te ontlasten.”