Vlaanderen investeert fors in bovenlokale sportinfrastructuur en topsportinfrastructuur, maar ook in groepsaankopen. Een groepsaankoop is een uitgelezen manier om kwalitatieve sportinfrastructuur aan te kopen mét een fikse korting op de factuur. Onder meer de recente hoge energiekosten noopten vele sportclubs ongewild tot het verhogen van hun lidgeld. “Hedendaagse sportinfrastructuur of groepsaankopen in kader van energie of klimaat kunnen dergelijke kosten in de toekomst drukken, en zo ook een rem op de stijgende lidgelden zetten”, meent Tiebout.

Sinds het startschot van de Sportspurt rijzen er in meer dan 80 Vlaamse gemeenten al 112 diverse sportinfrastructuurprojecten uit de grond, gaande van een nieuw zwembad, hockeyhal tot een golfcentrum. Uit een bevraging bij de 300 Vlaamse sportdiensten blijkt dat bijna 9 op 10 concrete plannen heeft om te investeren in nieuwe sportinfrastructuur of om bestaande infrastructuur te renoveren, maar niet altijd het nodige budget kan vrijmaken.

“Met Sportspurt slaat een gemeentebestuur twee vliegen in één klap. Vlaanderen financiert tot 30% van de totale investeringskost mee en tegelijk is een investering in sport ook een investering in het sociale weefsel van een gemeenschap. Er is dus geen enkele reden waarom je zou wachten om te investeren in de sportieve toekomst van de Vlaming”, stelt Tiebout.

Toch blijkt uit de cijfers van Tiebout dat – in vergelijking met 2021 – er een forse daling in de investeringen is van 40%. “Ik wil zoveel mogelijk besturen en clubs aanmoedigen om voluit te investeren in betere sportinfrastructuur. Niet alleen om sporten te promoten maar ook om de kosten voor de clubs te kunnen drukken en zo lidgelden stabieler te houden. Investeringen in sportinfrastructuur mogen niet afhangen van de overweging van lokale politici of ze al dan niet het lintje nog zullen mogen doorknippen. Ook in aanloop naar 2024 moet geïnvesteerd worden in sport”, besluit Tiebout.